Centrale Raad van Beroep legt bijstandboetes verder aan banden
De Centrale Raad van Beroep beslist in zijn uitspraak van 11 januari 2016 dat de hoogte van een boete zo moet worden vastgesteld, dat een betrokkene deze binnen een redelijke termijn kan betalen. Zo wordt voorkomen dat het opleggen van een boete tot gevolg heeft dat een betrokkene zeer langdurig op het absolute minimum moet leven.
De Centrale Raad van Beroep gaat uit van een maximale termijn van twee jaar. Bij de vaststelling van die termijn moet ook rekening worden gehouden met de mate van verwijtbaarheid van betrokkene, zodat de periode ook korter kan zijn.